×

Fout

We konden geen overeenkomende tags vinden

Remmen

Vaart verminderen in een afdaling, voor een bocht of omdat er onverwachts een obstakel op je pad opdoemt. Remmen dus. Regelmatig hoor je de verhalen over een schuivert, of erger nog een koprol. Ook dit kan voorkomen worden door de juiste remtechniek toe te passen.

Maar wat is nu die juiste remtechniek?

 Houding

Ook hier is de juiste houding op de fiets tijdens het remmen belangrijk. Deze is echter ook afhankelijk van de situatie waarin geremd moet worden. De houding bij remmen in een afdaling is natuurlijk anders dan wanneer je op het vlakke even rustig moet bijremmen omdat je anders in aanraking met je voorganger zou komen. Wat gebeurd er nu tijdens het remmen? Op het moment dat je gaat remmen creëert de mountainbike een achterwaartse kracht, terwijl je lichaamsmassa een voorwaartse kracht ondervind, zie afbeelding.

Hoe harder je remt hoe groter het verschil tussen deze krachten wordt. Zou je recht op het zadel blijven zitten en gebruik je ook je voorrem, dan zal er op een gegeven moment een situatie ontstaan dat de kracht van je lichaamsmassa er voor zorgt dat je lichaam over het stuur heen wordt gelanceerd. Gebruik je in zo'n situatie hoofdzakelijk je achterrem, dan zal dit uiteindelijk resulteren in een slippartij. Slippen betekend geen grip op de ondergrond, dus ook geen controle over de mountainbike. En als we iets willen vermijden dan is het de controle verliezen over de fiets. Door nu tijdens het remmen je lichaam naar achteren te verplaatsen en naar beneden te brengen zorg je ervoor dat je niet gelanceerd wordt en dat je de maximale grip op beide banden behoud. Hoever je lichaam naar achteren geplaatst moet gaan worden is natuurlijk afhankelijk van de achterwaartse kracht die op de mountainbike wordt uitgevoerd. Op het moment dat je snelheid mindert wordt ook de achterwaartse kracht minder. Je lichaam kan dus tijdens het remmen weer naar voren geplaatst gaan worden. De houding tijdens het remmen veranderd dus in een vloeiende beweging. Eerst breng je terwijl je remt je lichaam volledig naar achteren en omlaag en naarmate de snelheid lager wordt weer langzaam naar voren. Het naar voren plaatsen van je lichaam tot boven het zadel is belangrijk, als je achter op de mountainbike blijft zitten en de snelheid is weer laag dan verlies je de druk op het voorwiel wat er vervolgens weer in zou kunnen resulteren dat je niet meer kunt bijsturen.

   Remmen

De houding tijdens het remmen is belangrijk maar natuurlijk is het gebruik van de remmen zelf niet minder belangrijk. Zeventig procent van de remkracht ligt op je voorwiel het is dan ook de bedoeling dat we deze gaan gebruiken. Rem altijd gedoseerd, bouw de remkracht rustig op. Zoek eerst het moment op waarop je remblokken de velg of remschijf aanraken en rem dan vervolgens door. Rem afhankelijk van je remsysteem(*) met één of twee vingers en houd met de overige vingers het stuur goed vast. Indien je met alle vingers zou remmen heb je geen goede grip meer met je stuur en bestaat de kans dat deze om zou kunnen slaan bij het in aanraking komen van een steen of tak op je route. De meeste remkracht zit aan de buitenkant van je remhendels. Soms is het verstandiger om de remhendels een klein stukje naar binnen toe te verplaatsen op het stuur zodat met de wijs en middel vinger optimaal van deze remkracht gebruik kan worden gemaakt. Vermijd tijdens het remmen dat de banden gaan slippen. Vooral op je voorwiel kan dit negatieve gevolgen opleveren. In dat geval pas de ABS-techniek toe die ook in auto's worden gebruikt en laat de remmen even los en rem dan opnieuw. Slippen zorgt er voor dat je geen grip hebt op de ondergrond en dus geen goede controle over je fiets. Daarnaast bestaat ook de kans dat je hierdoor onnodig de natuur beschadigd. 

* Bij moderne hydraulische remsystemen volstaat het om met één vinger te remmen, bij de mechanische systemen heb je vaak twee vingers nodig om voldoende remdruk te kunnen genereren.

Nog wat extra aandachtspunten:

  • bochten; rem altijd voor de bocht, mocht het in de bocht nodig zijn gebruik dan alleen je achterrem.
  • steile afdaling; gebruik ook de voorrem, verplaats je lichaam verder naar achteren (zie ook dalen).
  • gladheid; let op bij het gebruik van de voorrem, deze zal bij gladheid sneller weg kunnen gaan glijden.

Als laatste nog dit. Soms kan het veiliger zijn om helemaal niet te remmen. Bepaalde lastige passages kun je vaak beter nemen met een hogere snelheid. De mountainbike rolt hier dan makkelijker overheen. Twijfelend gaan remmen kan er voor zorgen dat je deze lastige passages helemaal niet meer door komt of erger nog, dat je daardoor de fiets niet meer onder controle hebt. Probeer hier dus altijd een juiste keuze in te maken. Uiteraard komt hier ook een stukje ervaring bij kijken. 

Samengevat : 

  • 70% van de remkracht zit op je voorwiel.
  • Rem gedoseerd.
  • Verplaats je lichaam naar achteren en omlaag.
  • Breng naarmate de snelheid afneemt je lichaam weer naar voren.
  • Zorg ervoor dat je banden niet gaan slippen.
  • Rem met twee vingers.
  • Let op met gebruik voorrem bij gladheid en in een afdalingen.

 

© 2019 MTB Club Licht Verzet

 

Terug